Zelfstimulerend gedrag waarmee overprikkeling voorkomen kan worden, maar het kan ook dienst doen als uiting van zichzelf / de eigen gemoedstoestand. Stimmen is dan ook belangrijk voor de (emotie)regulatie.
De meest bekende (en dus stereotyperende) stims zijn:
- Handen flappen/fladderen.
- Heen en weer wiegen.
- Springen.
- Kauwen (op potloden, kleding, sieraden).
- Hoofdbonken.
- Echolalie (herhalen van klanken, woorden, maar ook zingen).
- Haren draaien.
Enkele minder bekende stims zijn:
- Haarkauwen.
- Nagelbijten.
- Tikken met vingers (op objecten of op de eigen vingers).